Zoals wij eerder lieten weten, is de “NOW-regeling” (Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid) op 31 maart jl. van kracht geworden. Het UWV loket waar deze subsidie kan worden aangevraagd, is op maandag 6 april jl. geopend. De eerste week zijn al veel aanvragen ingediend en wij weten dat de eerste voorschotbetalingen al zijn gedaan.
Kort na introductie van de regeling zijn al enkele (technische) aanpassingen in de regeling doorgevoerd. De brief van de Minister waarin de aanpassingen zijn toegelicht, is te raadplegen via deze link.
De meest in het oog springende aanpassingen zullen wij in dit artikel kort toelichten. Daarnaast wijzen wij graag op enkele andere belangrijke aandachtspunten.
Aanpassingen NOW-regeling
1. De Minister heeft toegelicht dat het UWV bij de beoordeling van ontslagaanvragen wegens bedrijfseconomische redenen (oftewel een ontslag op de “a-grond”) zal meewegen of een ontslag niet kan worden voorkomen door een NOW-subsidie aan te vragen. Dit betekent dat ook werkgevers die geen beroep doen op de NOW-regeling en besluiten tot een reorganisatie, er rekening mee moeten houden dat hun ontslagaanvraag wordt getoetst aan de NOW-regeling. Met andere woorden: UWV zal in dit geval toetsen of het bedrijfseconomische ontslag nog kan worden afgewenteld met de NOW-regeling. Dit sluit aan bij de doelstelling van de NOW-regeling (en de vele andere noodmaatregelen) dat ontslag in deze periode zoveel mogelijk voorkomen moet worden.
2. Een tweede aanpassing die op 3 april jl. is doorgevoerd, betreft de berekening van de hoogte van de subsidie in de situatie van een verzoek om toestemming voor een bedrijfseconomisch ontslag. Eerder lieten wij al weten dat een belangrijke voorwaarde voor de NOW-regeling is dat werknemers niet ontslagen mogen worden op grond van een bedrijfseconomisch ontslag. Gebeurt dat toch, dan worden de loonkosten van de betrokken werknemers vermenigvuldigd met een factor 1,5 in mindering gebracht op de subsidietoekenning. Dit bedoelde effect was in de eerste versie van de regeling niet duidelijk beschreven.
3. In artikel 14 vierde lid van de NOW-regeling is aangepast dat de termijn waarbinnen het verzoek om de subsidie wordt vastgesteld, wordt verruimt van 22 naar 52 weken. Dit om UWV een ruimere periode te gunnen om, ook bij een grote hoeveelheid aanvragen, een deugdelijke controle te verrichten op basis van de door werkgevers verstrekte (accountants) gegevens.
4. Laatste aanpassing betreft de veelvoorkomende situatie dat een werkgever die een aanvraag indient alleen een buitenlands rekeningnummer heeft. Deze werkgevers krijgen op grond van artikel 8 lid 8 van de NOW-regeling nu een termijn van vier weken om alsnog een Nederlands rekeningnummer op te geven waarop het voorschot, en later de subsidie, kan worden overgemaakt.
Aandachtspunten
5. Wat ons na de eerste week van de NOW-regeling duidelijk is geworden, is dat werkgevers waar sprake is van bijzondere omstandigheden er goed aan doen om telefonisch contact op te nemen met UWV. Te denken valt bijvoorbeeld aan de situatie dat de werkgever in het buitenland is gevestigd en daardoor dus geen Nederlands adres kan opgeven (een van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor de subsidie). Het is aan te raden om het telefonische contact met UWV daarna ook schriftelijk kort vast te leggen.
6. Werkgevers moeten er rekening mee houden dat wanneer aanspraak wordt gemaakt op de NOW-regeling de OR, of bij het ontbreken van een OR de PvT dan wel de werknemers, moeten worden geïnformeerd.
7. Wij raden aan om nu al te gaan voorsorteren op de nabije toekomst. De NOW-regeling heeft in de eerste instantie namelijk slechts een looptijd tot en met 31 mei a.s. en het is nog niet duidelijk of de regeling na deze datum wordt verlengd. Werkgevers die een aanvraag hebben ingediend, doen er daarnaast ook goed aan om de accountant alvast de stukken voor te laten bereiden waaruit het omzetverlies blijkt, zodat deze stukken tijdig bij UWV kunnen worden ingediend.
8. Voor sommige werkgevers kan een reorganisatie de voorkeur hebben boven de NOW-regeling. Wij wijzen deze werkgevers er op dat, naast het feit dat een voorgenomen bedrijfseconomisch ontslag door UWV zal worden getoetst aan de NOW-regeling, aan reorganiseren ook (hoge) kosten verbonden zijn. Zo zal in geval van toestemming voor een bedrijfseconomisch ontslag allereerst de opzegtermijn in acht moeten worden genomen. Ook zal de transitievergoeding verschuldigd zijn. Tot slot kan de motivering naar de ondernemingsraad en/of vakorganisaties een extra punt van aandacht/zorg zijn als geen beroep wordt gedaan op de NOW-regeling.