De NOW-regeling is met grote spoed tot stand gekomen. De regeling is bewust simpel en eenvoudig gehouden om snel tot uitvoering te kunnen overgaan. Het is dan ook niet zo vreemd dat er korte tijd na inwerkingtreding enkele zwakke plekken zichtbaar werden en besloten is tot een aanpassing in de NOW-regeling. De aanpassing betreft een praktisch knelpunt waar werkgevers/vennootschappen tegen aan kunnen lopen wanneer zij deel uitmaken van een concern.
Toepassing NOW-regeling voor concerns
1. In de oorspronkelijke NOW-regeling geldt als uitgangspunt dat bij concerns moet worden gekeken naar de omzetdaling van het hele concern in Nederland. Omzet van buitenlandse concernonderdelen die niet in Nederland zijn gevestigd en waar geen sprake is van in Nederland verzekerd loon, blijven buiten beschouwing voor de bepaling van het omzetverlies.
2. Door het bedrijfsleven en de vakbonden is aan de regering kenbaar gemaakt dat een versoepeling van dit uitgangspunt noodzakelijk is. Wanneer binnen een concern bij de ene werkmaatschappij sprake is van een daling van (fors) meer dan 20% van de omzet, terwijl de andere werkmaatschappij deze daling niet haalt, kan er in het geheel geen beroep worden gedaan op de NOW-regeling. In de praktijk leidde dit ertoe dat getroffen werkmaatschappijen toch besloten tot reorganisatie en ontslag. Met name in situaties waar geen interne solidariteit bestaat tussen de verschillende onderdelen van een concern.
3. De aanpassing van de NOW-regeling heeft tot doel om ook de werkgelegenheid binnen kwetsbare en getroffen onderdelen van een concern te behouden. Getroffen onderdelen van een concern (omzetdaling groter dan 20%) worden door de aanpassing van de regeling nu in staat gesteld om NOW aan te vragen; ook wanneer concernbreed de omzetdaling lager dan 20% is.
4. De verruiming van de NOW-regeling kent wel aanvullende voorwaarden.
-
- De verruiming geldt alleen voor die concerns waar een deel van de vennootschappen minder dan 20% omzetdaling heeft. Indien het gehele concern met een omzetdaling van 20% of meer te kampen heeft, blijft de huidige regeling ongewijzigd gelden. Werkmaatschappijen krijgen dus geen keuze; het is het één of het ander.
-
- De individuele werkmaatschappij dient zelf rechtspersoonlijkheid te hebben. Onderdelen van rechtspersonen zoals een vestiging of een business unit komen niet in aanmerking voor de afwijkingsmogelijkheid.
-
- Concerns waarvan een werkmaatschappij een beroep doet op de aangepaste regeling moeten verklaren dat over 2020 geen dividend en bonussen worden uitgekeerd en dat in 2020 geen eigen aandelen zullen worden ingekocht.
-
- De betreffende werkmaatschappij zal een akkoord moeten bereiken met de vakbonden om behoud van werkgelegenheid te garanderen voordat een beroep kan worden gedaan op de aangepaste NOW-regeling. Als er geen betrokken vakbonden zijn, zal overleg moeten worden gevoerd met de ondernemingsraad of de personeelsvertegenwoordiging. Bij kleine vennootschappen (minder dan 20 werknemers) moet met de individuele werknemers worden overlegd.
-
- Tot slot zijn er aanvullende voorwaarden en waarborgen gesteld die ‘strategisch gedrag’ (zoals het schuiven met loonkosten voor het personeel, het schuiven met omzetten, voorraden et cetera) moeten beperken. Dit zal in nog uit te werken standaarden van accountants worden gedefinieerd.
5. Indien besloten wordt de NOW-regeling vanaf 1 juni 2020 te verlengen, is het naar ons oordeel aannemelijk dat deze aanvullende en mogelijk extra voorwaarden voor alle NOW deelnemende vennootschappen zullen gaan gelden.
6. De aanpassing van de NOW-regeling wordt volgende week gepubliceerd. Vanaf dat moment kunnen werkgevers die hiervoor in aanmerking komen een aanvraag indienen bij het UWV.
Wij helpen u daar vanzelfsprekend graag mee!